Met een beetje geluk leef je 1 week met je kind en je partner in een coconnetje. Daarna rammelt de kraamvisite aan de poort, moet je weer naar de supermarkt voor de boodschappen of is het tijd om zelf de hond uit te laten. En daar, in die grote, boze buitenwereld, kom je dingen tegen waar je bloed van gaat koken.
- Mensen steken zomaar hun neus in jouw kinderwagen. Je hebt geen idee of ze net toevallig ergens de vinkentering hebben opgelopen, maar ze bungelen wel op slechts 10 cm van jouw schattige dropje. Beste tip: gewoon langzaam je kinderwagen in beweging zetten, weg bij deze bron van bacteriën.
- Een ongevraagde mening over de naam. Laatst vroeg iemand hoe mijn nieuwe aanwinst heette. Toen ik ze dat haar naam ‘Mae' was, bleef het eerst heel lang stil en daarna zei hij: “Ja… dat kan ook.”. Dus.
- Iedere ongevraagde mening. Waarom denken mensen toch dat iedereen zit te wachten op hun mening? Ja, ik weet dat ze hard kan huilen en dat jij daardoor nu al concludeert dat het een stevige tante wordt, maar duuude het is een baby!
- Advies waar je niet onderuit kunt. Een goedbedoelde tip is hartstikke fijn, begrijp me echt niet verkeerd, maar het is een advies. Bij jou heeft het gewerkt en dat is heel fijn, maar dring het een ander niet op. Misschien valt mijn kind wel helemaal niet rustig in slaap als ik haar in Ying-Yangstijl in slaap wieg.
- Ongevraagd de baby uit de handen van de ouders pakken. Nooit, niet, never. Slecht plan. Als ik wil dat jij haar beet houdt, dan zeg ik het wel tegen je. En anders moet je het heel, heel, heel lief vragen.
- Je pink aanbieden als de baby huilt. Ik bijt je vinger eraf hoor, ik zweer het je.
- Dit geldt overigens ook voor zomaar een kus geven. Ik weet niet of je een koortslip heb of dat je 2 minuten daarvoor nog een dozijn hete pepers naar binnen heb gewerkt. Doe maar gewoon niet.
- Opscheppen over je eigen kind. En dan heb ik het over de mensen van het ergste soort: “Kan jouw kind dat nog niet? Jeetje, Gysbert zei het alfabet al op toen hij slechts 2 uur oud was.”
- En daar ook nog eens onzeker van worden. Ik weet wel dat dat niet moet, maar je gaat je meteen afvragen of jouw eigen snoes niet iets mankeert omdat zij dat nog niet doet.
- Zeggen dat één kind zielig is. Mae is slechts 7 weken oud en nu horen we al “En dan straks lekker de tweede als zij anderhalf is, anders is het ook zo zielig.” Weet je wat zielig is? Een tweede kindje willen krijgen, alleen maar omdat het anders zo zielig is voor de eerste. En daarnaast, ze heeft al een broer. Een hele grote, witte, beschermende toevallig.
Nog meer mama's met kokend bloed door bepaalde situaties?